Haptotherapie
Haptonomie geeft inzicht in de samenhang van gewoontepatronen die ieder mens hanteert. De gevoelsbewegingen waarvan eenieder zich bewust kan worden, vormen de bouwstenen van het referentiekader. Dit referentiekader maakt ook duidelijk hoe het associatieve geheugen gewoontepatronen in stand kan houden.
De therapie maakt je op lichamelijk en geestelijk niveau bewust van de gevoelsbeweging. Hierdoor krijg je inzicht in gewoontepatronen en daarmee gepaard gaande lichamelijke spanningspatronen. Om je van het referentiekader dat de gevoelsbeweging kan bieden bewust te worden, wordt in de therapie gebruikgemaakt van het gesprek en de aanraking.
De gevoelsbeweging is het centrale thema. Het is die specifieke ervaring van de eigen beleefde werkelijkheid die zich uit in een fysiek waarneembare beweging.
- Je steekt, in de veronderstelling dat dit veilig kan, een zebrapad over.
- Plotseling word je geconfronteerd met een taxi die geen voorrang verleent: je schrikt enorm!
- Bij schrik maak je een beweging omhoog en naar achteren, je houdt je adem in en je hart gaat sneller kloppen.
Heb je de auto nu zien aankomen, dan zal de gevoelsbeweging hetzelfde zijn maar minder heftig en wellicht geuit in een andere vorm. Vooral als je gewend bent aan dit soort situaties zal de uiting (schrikreactie) nog minder zijn. De confrontatie met de taxi leidt tot de gevoelsbeweging.
Het bewustzijn hiervan vormt de bouwstenen voor het referentiekader. De gevoelsbeweging die hierbij hoort, is de fysieke beweging omhoog en naar achteren.
In deze geschetste situatie is de gevoelsbeweging in aanvang zeer sterk. Wanneer de ervaring groter wordt, neemt de extreme heftigheid af maar de alertheid blijft aanwezig. De beweging blijft echter altijd fysiek waarneembaar.
De gevoelsbeweging speelt altijd een rol; welke vorm van contact of welke situatie zich ook voordoet. Het voorbeeld laat zien dat er in een gevoelsbeweging specifieke patronen aanwezig zijn. Deze patronen zijn nauw gerelateerd aan de achtergrond van normen en waarden geldend binnen de situatie die je bekend is.
Deze specifieke patronen zijn overlevingsmechanismen; mechanismen die hun waarde hebben bewezen binnen de situaties van toen en die binnen de realiteit van alledag nog steeds nut hebben.
Je reageert veelal associatief op een gebeurtenis.
‘Het zal wel hetzelfde zijn’ zoals je eerder hebt beleefd, en je handelt op grond van die eerdere ervaring. Maar de gebeurtenis wordt niet eerst getoetst aan de realiteit van het moment: is het wel ‘hetzelfde’?
Door nu de gevoelsbeweging te toetsen aan het moment kan het zo zijn dat je tot een ander oordeel komt dan dat je op grond van eerdere ervaringen zou komen. Dit betekent dat de angst die je bijvoorbeeld voelt niet terecht is of juist wel, als de realiteit van het moment daar aanleiding voor geeft.
Vervang de situatie van het oversteken nu door een situatie waarin je klachten optreden. Je weet inmiddels hoe de klacht heeft kunnen ontstaan en hoe je ermee om kunt gaan. Vaak blijkt dat je zelf oplossingen en/of correcties bedenkt en je bewust wordt van je beperkingen en grenzen.
Zoals gesteld heeft de fysieke component zijn referentie binnen het geheugen. Wanneer je een bepaalde situatie terughaalt, ontstaat naar aanleiding van de beweging die naar boven komt en het denken over de context, de emotie.
Een emotie (zoals vreugde, angst, boosheid en verdriet) op zich is niet ‘oproepbaar’; de situatie waarin die emotie optrad echter wel. Als gevolg van de associatie met deze opgeroepen situatie wordt de emotie toegankelijk. Er is dan geen sprake van herbeleven van de emotie, maar van een nieuwe emotie.
Door je bewust te zijn van de gevoelsbeweging en het daarmee samenhangende associatieve geheugen krijg je inzicht in aanpassingsgedrag, gewoontepatronen en overlevingsmechanismen die ieder mens heeft. Door je hiervan bewust te zijn, ontstaat de keuzemogelijkheid dit te doorbreken.
Je hoort een naam die je direct herinnert aan dat oervervelende kind uit je klas of uit de straat… Deze naam hoort hier bij een totaal ander persoon dan je nu ontmoet. Toch heb je je oordeel bij het horen van die naam direct klaar!
Het oordeel wordt gevormd door de herinnering, compleet met alle negatieve karakteristieken. Dit terwijl je weet dat het hier om een ander persoon gaat.
Bij het contact blijkt dat het beeld dat gebaseerd is op de associaties behorend bij de naam niet overeenkomt met het beeld van de persoon die voor je staat. Je oordeelt dus op basis van een herinnering die je in de huidige context plaatst, en dat blijkt dus niet te kloppen.
Doorbreken van een gewoontepatroon kan alleen door de ontmoeting aan te gaan met de realiteit van het moment en de beleving ervan. Het is de ontmoeting met de werkelijkheid van het moment waardoor het gedrag, de gewoonten en de ‘aanpassingen’ veranderen.
Haptonomische zwangerschapsbegeleiding:
Haptonomische zwangerschapsbegeleiding geeft inzicht in de processen die zich afspelen tijdens de zwangerschap, tussen moeder en kind, vader en kind en moeder en vader. Kortom, processen die zich in relaties tussen mensen afspelen. Ook hier speelt de gevoelsbeweging een belangrijke rol.
Door je bewust te zijn van de gevoelsbeweging en de daaraan verbonden consequenties wordt de periode van de zwangerschap bewuster en intenser beleefd. Zo wordt duidelijk wat er door de komst van de nieuwe wereldburger zal veranderen binnen de relatie tussen de aanstaande ouders.
De zwangerschapsbegeleiding, die bij de eerste kindsbewegingen aanvangt, heeft een gunstig effect op de bindings-processen tussen de ouders en het kind in affectieve zin. Binnen de relatie zal al ruimte ontstaan vóór de geboorte en niet erna.
Haptonomie
Haptotherapie en haptonomische zwangerschapsbegeleiding zijn gebaseerd op de theorie van haptonomie. Haptonomie is de wetenschap die de fenomenen van contact en de daaraan gerelateerde gevoelsbeweging inventariseert, omschrijft en onderzoekt.